Ruimen

Eerder verschenen in Intermediair nr. 17, 3 mei 2001.

Die avond had ik tot laat in de nacht beelden aanschouwd van de Kootwijkerbroekse boerenrevolte. Het waren beelden die regelrecht afgekeken leken uit een dramafilm over een conflict tussen een lokale gemeenschap, belegerd door een op regelgeving beluste centrale overheid. Voor die arme boeren en omwonenden van Kootwijkerbroek had de ruiming van gezond vee in een straal van 12 km na één enkel geval van MKZ drie weken eerder geen enkel nut. Het bewijs, met gezond boerenverstand gebracht, dat de besmetting zich niet had verspreid, was immers al geleverd. Voor de belaagde RVV kon geen andere regel dan geen risico's te nemen, gelden. Met Europese regels in de hand zou men kost wat kost ruimen. Het is die onverbiddelijke, absolute regeldictatuur die zo revolterend werkt: voor overleg is er plots geen ruimte meer. Het poldermodel leent zich, dat is duidelijk, niet voor MKZ. Ook de open Europese grenzen niet. Landbouwministers kunnen zich nu plots ontpoppen tot vrijhoeders van het nationale belang, nationale grenzen afsluiten ter bescherming van de nationale consument en leger en politie naar believen inroepen ter bescherming van het MKZ-vrije grondgebied. Kortom, MKZ maakt de nationale regelneef bij heel wat instanties en beleidsmensen los.
Die nacht droomde ik dat ik getuige was van een nieuw televisieprogramma: een MKZ-versie van de nationale postcodeloterij. Hierbij hoefde je geen loten te kopen. Iedereen deed automatisch mee. Elke week werd, rechtstreeks op televisie te volgen, een straat uitgekozen. Politie zette onmiddellijk de straat af en onder het toeziend oog van de cameraploegen werd in die straat dan ook alles geruimd. Auto's werden meegenomen voor inspectie door de keuringsdienst. Huizen in de straat werden geruimd en per openbaar bod verkocht: de vroegere eigenaar kreeg enkel de door de gemeentedienst geschatte WOZ onroerende waarde van zijn huis. De belastingdienst nam rekeninguitreksels in beslag voor inspectie, de kinderbijslagdienst de kinderen ter verifiëring. Kortom: de beelden van deze postcoderuiming waren hartverscheurend. Maar ook spannend want elke week kon het je ook gebeuren. Zoals bij weekendmiljonair, liep je nu het risico weekendgeruimd te worden. Het programma was populair: de meeste buurtbewoners waren er als de kippen bij éénmaal de straat bekend werd gemaakt: dé plek immers voor interessante koopjes. Medelijden was er wel met geruimde burgers, maar ja, iedereen kende de regels. Op termijn, zo had Mevrouw Netelenbos, de bedenker van het programma, bedacht zou dit de burger opnieuw regelbewust maken, zwart geld zou als sneeuw voor de zon verdwijnen en huisprijzen niet langer stijgen. Intussen ging de opbrengst van het ruimen naar de aflossing van de staatsschuld. In mijn droom waren er geen boeren en ook geen sympathie en solidariteit met de geruimden. De naleving van regels leek slechts op de instemming van het publiek te mogen rekenen. Kortom er klopte niets van wat ik had gezien op televisie. Liggend op de bank voor de televisie leek MKZ-solidariteit veel makkelijker, dan dromend in bed. De moraal van mijn droom, laat ik aan U over…

Luc Soete