Misschien herinnert u zich nog de laatste videoboodschap van Osama Bin Laden vlak vóór de Amerikaanse verkiezingen. Die boodschap bevatte veel meer interessante informatie dan die enkele zinnen met aantijgingen tegen Bush en Kerry die werden uitgezonden in de media. Overwegingen van 's werelds meestgezochte terroristenleider die een goed inzicht geven in wat ik als 'de economie van terrorisme' zou omschrijven: ,,Met elke duizend dollar die wij uitgeven aan aanslagen en bedreigingen, antwoordt Amerika en het Westen met het duizendvoudige aan anti-terreuruitgaven. Zo zullen wij uiteindelijk de Amerikaanse en Westerse economieën ten gronde brengen,'' aldus Bin Laden. Economie is een vrij cynische wetenschap en dat beseft Bin Laden blijkbaar goed. Vanuit louter economisch perspectief zijn aanslagen, hoe massaal in termen van aantallen slachtoffers ook, niet echt belangrijk. De aanslag op hét symbool van het wereldkapitalisme in hartje Manhattan met zijn enorme menselijke tol en massale fysieke vernietiging, had amper enige directe impact op de Amerikaanse economie. Hetzelfde gold voor de metro-aanslagen in Madrid. De echte economische impact van deze aanslagen - en die op individuele burgers zoals Theo van Ghogh - is indirect: een breed gevoel van angst en wantrouwen creëren doorheen alle lagen van de bevolking. Daarvoor zijn slechts enkele aanslagen nodig; het grootste deel van de tijd kan 'volstaan' worden met dreigingen en af en toe een video-opname. Daarbij wordt vooral gebruikgemaakt van de natuurlijke reactie op aanslagen bij de bevolking, die roept om meer veiligheid; politici die zich als het ware verantwoordelijk voelen voor de aanslag omdat ze de dreiging niet op tijd of onvoldoende erkend hebben en aangeslagen veiligheidsdiensten die uit het feit dat ze die ene keer niet hebben kunnen voorkomen dat een aanslag zich voltrok, de conclusie trekken dat ze te weinig middelen voorhanden hebben.
Zoals Bush na 9/11 het startschot gaf voor de 'oorlog tegen terrorisme' waarbij geld (zie de Amerikaanse uitgaven voor defensie) en 'home security', geen beperking mocht zijn, meldde Zalm na de religieuze moord op Theo van Gogh: ,,we zijn in oorlog, en geld mag geen probleem zijn''. Het verschil tussen Bush en Zalm is dat Bush de volgende generaties wil laten meebetalen voor het huidige antiterrorismebeleid, terwijl Zalm zich door de fameuze Europese 3-procents begrotingsnorm wellicht genoodzaakt ziet, ons straks met zijn allen te verrassen met een speciale antiterrorismeheffing om de bijkomende beveiligingskosten te betalen. Het economisch effect is echter hetzelfde. De veiligheidskosten nemen toe en onze economische welvaart krimpt.
Het is onze 'paradox van veiligheid' waarop Osama Bin Laden de vinger heeft weten te leggen: de achillespees in zekere zin van onze democratische open economieën. De meest veilige maatschappij is die met zo weinig mogelijk blauw op straat, waar niemand beveiligd moet worden, waar zo weinig mogelijk uitgegeven moet worden aan veiligheid en niettemin iedereen zich veilig voelt. Tezelfdertijd is met onze welvaart juist veiligheid uitgegroeid tot iets waar we volledige zekerheid over willen hebben. Zo vormt veiligheid het ideale voorbeeld van de bodemloze financiële put. De oneindige vraag om meer beveiliging leidt immers niet tot een groter veiligheidsgevoel. Met slechts enkele - in financiële zin - 'goedkope' aanslagen en een optimaal gebruik van de media in het wereldkundig maken van zijn bedreigingen, is Bin Laden erin geslaagd die kosten, reëel of gevoelsmatig, in de Westerse landen dramatisch te doen toenemen.
Eén van de grote verworvenheden van onze Westerse democratieën
is de uiterst restrictieve manier waarop de staat omgaat met zijn uniek positie,
zeg maar zijn monopolie op geweld. Juist hier ligt één van de
meest fundamentele verschillen met ontwikkelingslanden. In de arme landen is
de staat, dikwijls gedreven door absolute armoede, slechte ontwikkelingsvooruitzichten,
onderliggende etnische conflicten, niet bij machte restrictief om te gaan met
geweld. In die zin is het uiteindelijke doel van Osama Bin Laden ons terug te
brengen tot een maatschappij met niet alleen minder welvaart maar ook met minder
vrijheden, juist door de vraag naar anti-terreur maatregelen, naar geweld van
de staat. En zoals perfect ingeschat door Bin Laden doen Bush en nu ook Zalm
daar van ganser harte aan mee. Hoe snel dit zich kan ontwikkelen, illustreren
de voorstellen van het kabinet na de moord op Van Gogh. Een voorbeeld: het voorstel
om allochtonen met dubbele nationaliteit de Nederlandse te ontnemen in het geval
van veroordeling tot terrorisme, lijkt mij een flagrante vorm van discriminatie,
omdat deze 'straf' niet opgelegd kan worden aan autochtonen. Gelukkig voor Nederland
en dankzij de suprematie van Europese rechtspraak, zou zo'n maatregel, moest
het voorval zich ooit voordoen, onmiddellijk aangevochten kunnen worden bij
het Europese Hof in Straatsburg. Het zou goed zijn in deze tijden van onzekerheid,
de politieke roep om meer uitgaven voor veiligheid of inperking van vrijheden
in de eerste plaats te zien als een directe uiting van het succes van terrorisme.
Luc Soete