De president van Europa

U zult het wellicht niet geloven maar de Luxemburgse lobby voor het presidentschap van Europa strekte zich deze week uit tot in Limburg. Samen met enkele anderen mocht ik de Luxemburgse ambassadeur verwelkomen voor een kennismakingsgesprek met Limburg. Uiteraard heb ik hem onmiddellijk verteld dat ik een grote fan ben van Jean Claude Junker, maar ook toegegeven dat mijn invloed in Brussel en bij Fredrik Reinfeldt, de Zweedse premier, heel beperkt is. Toegegeven, het zou natuurlijk ongetwijfeld knap zijn als Luxemburg, na Malta het kleinste land van de Europese Unie, straks de president van Europa zou leveren, maar of het hem lukt... Ik loop even met U het rijtje van de bekendste kandidaten af voor de Brusselse topjob.

Eerst en vooral is er natuurlijk Tony Blair. Van new labour naar new Europe. Natuurlijk zal het Europa smoel geven als straks in Shanghai of in Washington het verkeer in de war ligt, telkenmale de “president of Europe” langs komt. Maar of Blair, gezien de toch wel heel beperkte bevoegdheden die met de job gepaard gaan, echt werk kan maken van de functie blijft te betwijfelen. En politiek ligt het natuurlijk ook moeilijk. Het minst Europese land met nog steeds zijn eigen munt, zijn eigen beperkingen op het vrije verkeer van personen, zijn gepriviligieerd Commonwealth, levert de eerste Europese president? En Tony was dan misschien wel de meest pro-Europese MP in het Britse House of Parlement, maar als het in Europa om de eigen centen ging was hij als premier nog erger dan Maggie Thatcher. Vraag het anders maar aan Junker. Die kon, in een memorabele toespraak voor het Europese parlement tijdens het Luxemburgse voorzitterschap vier jaar geleden, Blair wel schieten na de mislukte top over de Europese begroting. Dat zijn weliswaar oude koeien maar mijn gevoel zegt me dat politici heel gevoelig zijn als het om geschillen gaat waaronder de eigen reputatie en ego te lijden heeft gehad. Dus mijn verwachting: Luxemburg stelt zijn veto tegen Blair, en Groot-Brittannië stelt zijn veto tegen Junker.

an is er onze Jan Peter Balkenende. De paradox van Balkenende’s kandidatuur is zo ongeveer de omgekeerde van die van Blair. Daar waar wellicht geen enkele Brit Europa straks een warmer hart zal toedragen als Blair straks Europees president wordt, mag men het omgekeerde verwachten in het geval van Balkenende. Balkenende in Brussel is vooral goed voor Europa in Nederland. Een topjob in Brussel, ook al betekent dat in concreto heel wat minder dan premier zijn in Den Haag met slechts een kleine staf van 25 en vooral het regelen van ontvangst en vertrek van regeringsleiders, leidt wellicht in Nederland tot een veel positievere houding ten overstaan van Europa. Nederland en dan vooral de Nederlandse pers lijdt nog steeds aan gebrek aan internationale erkenning. Succes van Balkenende in Europa, zo schat ik in, zal het Europa-gevoel terug dichter bij de Nederlandse burger brengen.

En dan de Belgische premier Herman van Rompuy. Herman speelt het heel slim. Je moet Belg zijn om dit te kunnen volgen. Ik leg het U dan ook even in wat meer detail uit. Je laat tussen de soep en patatten doorschemeren dat men je gepolst heeft voor de job. In de ministerraad dan komt dat sneller in de pers en uiteraard met wat humor dat je als grijze muis vooral niet opvalt. Natuurlijk, je kent je talen en je klassiekers en je weet wanneer op een Europese summit Camus of Habermas te citeren. Voor de rest kun je tijdens het aperitief de buitenlandse regeringsleiders vermaken met Belgische politiek.  Aan Nicolas Sarkozy uitleggen dat de splitisng van BHV niet gaat over de splitsing van de Bazaar de l'Hotel de Ville in Parijs; succes verzekerd. Zo word je al snel gepolst. De nationale en internationale pers probeert je naam te ontcijferen en op het politieke thuisfront beginnen de gemoederen verhit te raken. De man van 800.000 stemmen komt weer in beeld als premier en zegt zelf dan weer in de pers als Minister van Buitenlandse Zaken dat de Belgische premier een grote kans maakt. Aan de andere kant van de taalgrens voelt men het Waalse bloed weer koken: eindelijk weer een kans op een franstalige premier. En al die kandidaten zeggen natuurlijk dat je zo’n job uiteraard niet kunt weigeren. Maar... dat kun je natuurlijk wel! Meer nog, als ze het je straks vragen kun je tegen Angela, Nicolas, Gordon en Silvio zo zeggen: “hebben jullie gezien in wat voor puinhoop ik mijn land stort als ik dit doe!” En thuis ziet men je straks als de redder van het vaderland. De man die Europa opgaf om de Belgische problemen op te lossen.

Kortom, voor Europa zou het het beste zijn mocht Junker benoemd worden, voor Blair mocht Blair benoemd worden, voor Nederland mocht Balkenende benoemd worden en voor Belgie mocht van Rompuy niet benoemd worden.

Luc Soete
14 november 2009