Luc de octopusU gelooft me misschien niet, maar ik begin toch steeds meer te denken dat ik gezegend ben met de gave van Paul, de octopus die tot op heden alle Duitse, ik zeg wel Duitse, voetbalwedstrijden correct voorspeld heeft. Natuurlijk kan ik niet bogen op Paul’s instinctgevoel, ik moet het eerder hebben van economisch doorzicht waardoor ik plots de interne logica van voetbaloverwinningen zie. En ook toegegeven: Paul’s record is indrukwekkend. Tijdens het EK in 2008 goed in 70% van de gevallen, nu een score van 100% althans tot op de dag van vandaag. Paul lijkt over de jaren heen geleerd te hebben zijn zesde voetbalzintuig verder te verfijnen zonder ook maar naar één wedstrijd gekeken te hebben. Kortom, een inspiratie voor ons allen. Maar nu ik. Bij mij ligt het natuurlijk ingewikkelder. Vier jaar geleden, tijdens de vorige WK spelen in Duitsland, bracht ik U hier een economische analyse van wat er mis was met het toen toch vrij zure voetbalavontuur van Nederland in Duitsland. Wat was er gemeenschappelijk aan de vier kwartfinalisten van het WK voetbal toen, vroeg ik mij af. Antwoord: de vier kwartfinalisten van 2006 waren alle vier euro landen. En niet zomaar gewone eurolanden. Het waren vier eurolanden: Duitsland, Frankrijk, Italië en Portugal die juist niet voldeden aan de eisen van het Europese, zogenaamde groei- en stabiliteitspact! Duitsland verwachtte toen een begrotingstekort van 3,1% en een staatsschuld van 68,9%; Frankrijk van 3,0% en een staatsschuld van 66,9%; Italië een tekort van 4,1% en een staatsschuld van 107% en Portugal een tekort van 5% en een staatsschuld van 68%. Maar er waren destijds ook twee euro landen die wél voldeden aan de Europese begrotings- en staatsschuldregels en die de kwartfinales niet haalden. En wie waren dat? Precies: onze twee finalisten van de WK 2010! Nederland toen met een begrotingstekort van 1,2% en een staatschuld van 51,2% en Spanje toen met een begrotingsoverschot van 0,9% en een staatschuld van 40%. Ik concludeerde dan ook dat gele of rode kaarten in de economie het omgekeerde effect hadden op succes in voetbal. Waarom dat precies het geval zou zijn, wil ik hier niet weer uit de doeken doen. Wel zal duidelijk zijn waarom nu Nederland en Spanje in de finale zitten... euro discipline werkt met vier jaar vertraging op voetbaluitslagen! Vier jaar geleden nog dacht ik dat er sprake zou zijn van een onmiddellijk effect. Een euroland, zeg Italië, zit tot over zijn oren in de schulden, heeft niets meer te verliezen, de toekomst van burgers en voetballers ziet er belabberd uit, wat doe je dan? Dan zet je alles in op voetbal en wil toch vooral genieten van die enkele kortstondige momenten van geluk: carpe diem. Maar die redenering was duidelijk te kort door de bocht. Nu heb ik het echt door: de euro werkt met vertraging. Griekenland noch Portugal hadden deze keer een kans, en over vier jaar hebben ze nog minder kans. En ook het feit dat Italië en Frankrijk er deze keer onmiddellijk uitgekegeld werden, was niet meer dan logisch. Kortom, ik kan U nu hier voorspellen dat in 2014 geen enkel euroland de WK finale zal halen, tenzij natuurlijk de euro tegen die tijd zelf het onderspit gedolven heeft. OK, hoor ik U denken maar hoe zit het nu met Nederland-Spanje morgen? Moeilijk. Wel als je de Spaanse cijfers vergelijkt met Spanje als enig land zonder begrotingstekort en een staatstschuld van amper 40% met die van Nederland neig ik dus eerder naar Spanje, juist zoals Paul. Maar ja, misschien dat de Spaanse cijfers toen ook wat Griekse trekjes hadden en niet helemaal kosher waren. Dus het omgekeerde zou ook goed kunnen. Trouwens dat een Spaanse overwinning een mentale oppepper zou zijn voor de Spaanse economie lijkt mij precies wat Spanje nu niet nodig heeft: eerder Hollandsche zuinigheid. De Nederlandse consument daarentegen zou wel zo’n impuls kunnen gebruiken: geeft die eindelijk zijn geld weer eens uit. En als de overheid het slim aanpakt, en snel nog een belasting heft op oranje vlaggen, hoofddoeken, jurkjes, vuvuzela’s, tompoucen en bankpassen, dan daalt met een beetje geluk het begrotingstekort ook nog eens met een flink stuk. Kortom ondanks de convergentie tussen Paul en mijn voorspelling, duim ik toch voor Nederland. Dan hoeft trouwens het WK in 2018 ook niet meer in Nederland plaats te vinden: een WK winnen in het buitenland overtref je immers niet meer. Beter dan Paul, niet? Luc Soete 10 juli 2010 |